Spellènko

• Wijk in Uitvoering
• Onze spellen
• Hoofdmenu

Spellènko

Vinkenstraat 94b
9713 TL Groningen
kvk 01136310
email:

Wijk in Uitvoering

Spelmateriaal
1 speelbord groot (de Oosterparkwijk)
1 speelbord klein ( het Oosterpark)
1 witte dobbelsteen met de waarden 1 t/m 3
1 groene dobbelsteen met de waarden 1 t/m 6
60 fisches met waarde 1 (oranje, roze, paars elk 20)
30 fiches met de waarde 5 (oranje, roze, paars elk 10)
40 geldfiches met waarde 1
10 geldfiches met waarde 5
12 objectfiches
24 pionnen (6 verschillende kleuren)

Speelkaarten
6 overzichtskaarten
27 kanskaarten
21 geldkaarten
16 roze SP kaarten
17 oranje SP kaarten
18 paarde SP kaarten
6 fiets met op de achterzijde een auto kaarten
1 fietsendief kaart (hoort bij een kanskaarten)
9 bouwkaarten
10 winkelkaarten groente
11 winkelkaarten fruit
11 winkelkaarten kruidenierswaren
12 winkelkaarten vlees
17 objectkaarten (grote kaarten)

Spelidee
Maak de wijk mooier door het bouwen van bijzondere objecten, verdien geld met allerlei klusjes en help je buren en bekenden en verzamel zo de steunpunten (SP) die je nodig hebt om de objecten te kunnen bouwen.
En organiseer tot slot van het spel het leukste wijkfeest ooit.
Voor elk gebouwd object en voor de kraampjes op het wijkfeest krijg je overwinningspunten (OP).

Gedurende het spel vinden er ook een bingo en een hardloopwedstrijd plaats.

Winnaar van het spel
Diegene die de meeste OP heeft verdiend is de winnaar.

Voorbereiding

• Leg het grote bord in het midden van de tafel.
• Leg het kleine bord er naast.
• Maak van de kaarten aparte dichte stapels (geld, paars SP, roze SP, oranje SP, kans, auto/fiets, bouw en winkelkaarten) en schud deze stapels goed door elkaar.
• Leg de fiches zo neer dat iedereen er goed bij kan.
• Leg de objectfiches links onderaan het bord (op de rondjes in de vakken bingo, hardlopen en wijkfeest).
• Elke speler krijgt 2 winkelkaarten en 2 geld.
• Elke speler krijgt 4 pionnen in 1 kleur.
• Alle spelers zetten 1 pion op het (winkel)vakje Treslinghuis.
• Kies een startspeler.

Spelverloop
Zodra je aan de beurt bent, voer je de volgende acties uit:

1. Ontvang eventueel inkomsten van door jou al gebouwde objecten
2. Gooi de witte dobbelsteen, dit is het aantal vakken wat je moet zetten (eventueel verhoogd door een fiets of autokaart)
3. Als je je pion verplaatst hebt, pak je een kaart die overeenkomt met het vakje waar je geëindigd bent. Of als je op 1 van de winkelvakjes bent geëindigd koop je als je dat wilt een winkelkaart, een bouwkaart, een fiets of auto. Je mag ook ipv het pakken/kopen van een kaart een object bouwen.

Sommige gebouwde objecten leveren elke beurt een bonus op. Dit staat vermeld op de objectkaart.

Je mag alle kanten op, zolang je de witte lijnen maar volgt. Je mag in 1 beurt niet 2 keer over dezelfde witte lijn lopen.
Je mag nooit op een vakje eindigen waar al een andere speler staat. Je gaat dan door naar het eerstvolgende vrije vakje.
Met een fiets- of een autokaart in je bezit mag je meer vakjes afleggen.
Fiets: zodra je een fietskaart hebt mag je 1 vakje extra bewegen (dit hoeft dus niet)
Auto: zodra je aan autokaart hebt mag je 1 of 2 vakjes extra bewegen (dit hoeft dus niet). Voordat je beweegt moet je wel de groene dobbelsteen gooien. Als je een 6 gooit kun je geen parkeerplaats vinden en mag je alleen het aantal ogen lopen wat je met de witte dobbelsteen gegooid hebt. (dus niet 1 of 2 extra).
Je kunt geen fiets en auto tegelijkertijd in je bezit hebben.
zodra je een auto koopt moet je je fiets inleveren, je betaald dan 6 ipv 9 geld).

Tenzij je een object bouwt, pak of koop je een kaart die overeenkomt met het vakje waarop je geëindigd bent. Sta je op een roze vakje dan pak je bovenste roze kaart, sta je op een kansvak dan pak je bovenste kanskaart, enz
Als je een kans-, geld- of SP kaart hebt gepakt lees je de tekst hardop voor. Bij sommige kaarten moet je daarna met de groene dobbelsteen gooien of de opdracht uitvoeren die op de kaart staat om te bepalen wat je krijgt of wat je eventueel moet betalen.
Als je de tekst hebt voorgelezen en eventueel de opdracht hebt uitgevoerd, krijg je het geld en/of de SP zoals op het kaartje vermeld staat. De kleine fiches zijn 1 waard, de grote fiches zijn 5 waard.

Er zijn ook SP kaarten waar wijkwandeling op staat.
Deze SP krijg je niet direct. Je krijgt ze pas als je later in het spel op het genoemde vakje staat. Leg tot die tijd de kaarten open voor je neer zodat je ziet wat je nog kunt verdienen. Als je op het betreffende vakje bent aangekomen, mag je gewoon de actie uitvoeren die bij dat vakje hoort (kaart trekken, winkelactie of object bouwen) en krijg je de SP die op de wijkwandelkaart vermeld staat.

Er zijn ook bijzondere bonus SP en geldkaarten. Als je zo'n kaart van de stapel trekt, kan je eventueel meer geld of SP krijgen. Op deze kaarten staat een product afgebeeld. Als je die winkelkaart bezit en inlevert, krijg je het normale aantal geld en/of SP plus de bonus die in het klein daarnaast staat vermeld.

Als je op een winkel staat, kun je bouw- of winkelkaarten kopen. Een bouwkaart kost 2 geld, twee winkelkaarten kosten 1 geld.
Bouwkaarten heb je nodig om de grootste objecten te kunnen bouwen.

De fiets of auto koop je alleen in de speciale winkels.
Als je een fiets hebt en je wilt daar een auto van maken, dan betaal je niet het eerste bedrag dat op de overzichtskaart staat, maar in die situatie betaal je het bedrag dat tussen haakjes achter de auto staat. Hierna draai je het fietskaartje om en heb je een auto.

In de stapel kanskaarten zit een kaart met de naam fietsendief. Als je deze kaart trekt krijg je de fietsendief kaart (de kaart met een fiets en een dief erop). Deze kaart kun je als fietsenkaart gebruiken en dus 1 vakje meer lopen dan je ogen gooit. Maar elke keer dat je van deze specifieke kaart gebruik maakt moet je de groene dobbelsteen gooien (alleen als je ook daadwerkelijk 1 vakje extra loopt). Als je een zes gooit, heeft de oorspronkelijke eigenaar van de fiets je betrapt. Je moet dan de kaart inleveren en betaalt een boete van 2 SP en 2 geld.
Als je de fietsendief kanskaart van de stapel trekt ben je niet verplicht om de fiets te pakken, je mag die ook weigeren.

Bouwen van een object.
Als je genoeg geld en SP gespaard hebt, kan je een object bouwen. Hiervoor moet je op een vakje eindigen waar een zwarte lijn aan vast zit die naar een bouwplaats leidt )er leiden twee of drie vakjes nar een bouwplaats.
Als je een object bouwt, telt het symbool op het vakje waar je staat niet. Je kunt dus niet een object bouwen en bijvoorbeeld geld verdienen in 1 beurt (de eenmalige bonus wordt wel gelijk verkregen).

Objecten zijn er in drie maten: klein, middel en groot.
Als je het kleinste object gebouwd hebt, krijg je per beurt 1SP of 1 geld extra en voor een middelgroot object krijg je eenmalig extra winkelkaarten.
Hoe groter het object hoe meer overwinningspunten (OP) het oplevert.

Als je een object bouwt, betaal je de prijs die op het kaartje vermeldt staat plus 1 SP voor elk object wat je al eerder gebouwd hebt.
Voorbeeld: je wilt een object bouwen, je hebt al drie objecten gebouwd. Je betaald dus de prijs die op de kaart staat plus 3 SP extra.

Als je een object wilt bouwen, pak je de bijbehorende objectkaart, betaal je de kosten en leg je een objectfiche op de bouwplaats (haal het objectfiche uit het vak bingo, links onderaan op het speelbord, als deze leeg is dan uit het vak hardlopen en als die leeg is uit het vak wijkfeest).

Zodra het vierde blokje uit het bingovak is gehaald (een speler heeft het vierde object in het spel gebouwd), volgt direct de Bingo. Na 8 objecten wordt de hardloopwedstrijd gehouden en na 12 objecten het wijkfeest. Na het wijkfeest is het spel afgelopen.

Je kunt geen object bouwen wat iemand anders al gebouwd heeft en er kunnen geen twee objecten op dezelfde bouwplaats staan.

Bingo
Alle spelers mogen maximaal 3 inzetten doen, elke inzet kost 1 geld, Voor elke inzet zet je een pion van jouw kleur op 1 van de 6 Bingo vakken. Doe dit om de beurt tot iedereen zijn inzetten heeft gedaan. Gooi in totaal 3 keer. Alle pionnen die in het vak staan van het gegooide getal hebben prijs )gooi over als er al een prijs op dat nummer is gevallen.
Heb je 1 x prijs pak dan 2 winkelkaarten
Heb je 2 x prijs pak dan 3 winkelkaarten
Heb je 3 x prijs pak dan 4 winkelkaarten
Heb je wel ingezet maar geen prijs gewonnen pak dan 1 winkelkaart.
Je hoeft niet in te zetten tijdens dit spel.

Hardloopwedstrijd
Iedere speler pakt 1 van zijn pionnen en zet die aan de start van de hardloopwedstrijd. De speler die het 8ste object heeft gebouwd, begint de wedstrijd. Hierna is de speler links van hem/haar aan de beurt. Als je aan de beurt bent gooi je de groene dobbelsteen en ga je zoveel ogen vooruit als je ogen gooit.

Kom je op het gekleurde vakje naast de frisdrankkraam, dan mag je een sportdrankje kopen voor 1 geld. Je mag dan eenmaal extra gooien met de witte dobbelsteen en dan zoveel stappen zetten als je ogen gegooid hebt.
Eindig je op het gekleurde vakje naast de ganzen, dan moet je 1 beurt overslaan.
Kom je voorbij bij het gekleurde vakje vakje met de spelende kinderen, dan moet je op dat vakje stoppen, zelfs al heb je nog stappen over. De volgende beurt ga je gewoon weer verder.

Degene die als eerste over de finish gaat krijgt zoveel SP als dat er spelers zijn. De tweede speler krijgt een SP minder, enz. De laatste speler die over de finish gaat krijgt dus 1 SP.

Het is bij de hardloopwedstrijd mogelijk om met meet spelers op het zelfde vakje te staan.

Wijkfeest
Op het wijkfeest staan verschillende kraampjes (onderaan op het speelbord Oosterpark) Elke speler kan baas of assistent worden van een kraampje en zo overwinningspunten verdienen (OP). De baas krijgt 2 OP en zijn assistent 1 OP.

Je krijgt het kraampje natuurlijk niet voor niets. Elke kraam heeft verschillende producten nodig. Iedereen biedt blind een aantal winkelkaarten die bij de kraampjes horen (Je laat de kaarten dus niet aan de andere spelers zien zodat ze niet weten hoeveel kaarten jij biedt).
Je mag meerdere winkelkaarten van dezelfde soort bieden. Als iedereen geboden heeft, worden de kaarten open gelegd. De speler die de meeste winkelkaarten biedt, is de winnaar en wordt de baas van de kraam. De speler die tweede wordt. Is de assistent van de kraam. Zet de pionnen van de winnaars op de juiste plekken in de kraam.

Hebben meerdere spelers een gedeelde eerste plaatst dan krijgen deze allemaal 2 OP, er is dan geen tweede plaatst. Is de tweede plaats gedeeld dan krijgen alle spelers die tweede staan elk 1 OP.

Je mag alleen winkelkaarten bieden die bij de betreffende kraam horen.

Als eerste wordt de linkerkraam onderaan het kleine speelbord aangeboden, de satékraam. Hierna volgen de ijscokar, hamburgerkraam, enz. Zodra alle kramen aan de beurt zijn geweest is het spel afgelopen. Het kan zijn dat er niemand op een kraam heeft geboden, niemand krijgt er dan OP voor.

Satékraam - vlees, groente
IJscokar - fruit, kruidenierswaren
Hamburgertent - kruidenierswaren, groente, vlees
Vegakraam - fruit, groente
Snoepwagen - fruit, kruidenierswaren

Het einde van het spel.
Tel alle gewonnen OP bij elkaar op (de punten die op de objectkaarten staan plus de gewonnen punten van het wijkfeest).
De speler met de meeste punten heeft het spel gewonnen.